Wat?! Kickboksicoon Rico Verhoeven valt in “obesitas-categorie”

De BMI is jarenlang hét getal geweest om te bepalen of iemand een gezond gewicht heeft. Toch klopt die berekening niet altijd. Het grootste probleem: de formule maakt geen verschil tussen vet en spieren.

Dat zorgt voor vreemde conclusies. Rico Verhoeven meervoudig wereldkampioen kickboksen is 1.96 meter lang en weegt ongeveer 122 kilo. Volgens de klassieke BMI-tabellen komt hij uit op een waarde boven de 30. Officieel wordt dat “obesitas” genoemd. Maar wie naar zijn gespierde lichaam kijkt, ziet direct dat dit cijfer niet de werkelijkheid weerspiegelt.

De body roundness index geeft een completer beeld

Omdat de BMI vaak tekortschiet, zeker bij sporters, kijken onderzoekers steeds vaker naar een andere formule: de body roundness index (BRI). Daarbij telt niet alleen lengte en gewicht, maar ook de verhouding tussen buik en heup.

Onderzoek laat zien dat deze methode vaak een eerlijker beeld geeft van iemands gezondheid. Vooral bij mensen die veel spiermassa hebben, zoals atleten, kan de uitkomst heel anders zijn dan bij de traditionele BMI. Zo laat de Telegraaf zien.

Waarom de BMI toch nog steeds populair blijft

De reden dat de BMI overal wordt gebruikt, is simpel: iedereen kent zijn lengte en gewicht. Daardoor is het gemakkelijk te berekenen, zelfs zonder speciale metingen.

De BRI vraagt meer moeite. Je moet je buik- en heupomtrek goed meten, en veel mensen weten niet precies waar dat moet. Meet je boven, onder of precies op de navel? Dat levert verwarring op.

Artsen zeggen daarom dat de BMI handig blijft om grote groepen mensen te vergelijken. Maar wie naar zichzelf kijkt, zeker als sport of krachttraining een grote rol speelt, kan beter niet blind vertrouwen op dit cijfer. Rico Verhoeven hoeft daar niet geïrriteerd over te zijn en is daar misschien wel het duidelijkste voorbeeld van.