Bertens: ‘Ik hoop dat Rico Verhoeven MMA gaat doen’ – na bliksemzege in Genk

| door Ron Emmerink

Hij stond amper een minuut in de kooi. Toch liet Stan Bertens een indruk achter die blijft hangen. Als traininspartner van Glory ster Rico Verhoeven zie hij een toekomst voor de oud Glory kampioen in het MMA.

Lees ook

Supersnelle winst, maar geen voldoening

Stan Bertens won afgelopen weekend zijn partij bij IFP Genk met overmacht. Een paar rake stoten en een hammerfist, en het was gedaan. Zo snel dat hij er zelf gemengde gevoelens bij had. “Tuurlijk is het lekker om snel te winnen,” zei hij, “maar ik wilde eigenlijk gewoon knokken.”

Zijn tegenstander gaf na afloop toe dat hij na de elleboog niks meer zag. De scheidsrechter greep op tijd in. Bertens bleef onbeschadigd, maar had het liever anders gezien. Meer tijd, meer actie, meer weerstand.

Serieus talent, maar met beide benen op de grond

Bertens wordt alom gezien als een van de grootste MMA-talenten van Nederland. Niet door grote praatjes, maar door daden. Zijn team bestaat uit namen die ertoe doen: Andy Aspinall, Paul Holzken, Alvar Lima en ook Rico Verhoeven.

Juist door die ervaren begeleiding blijft hij nuchter. “Mijn coaches hebben me altijd geleerd: beide benen op de grond. We bouwen rustig op,” zei hij voor de camera van ChampsTalk samen met Vechtport Info.

Toch is het duidelijk dat zijn pad omhoog wijst. De UFC lijkt geen kwestie van óf, maar van wanneer. En zijn ritme blijft strak: na de overwinning stond er de volgende ochtend alweer sparren op het programma.

Grond, staand, worstelen met Rico?

Hoewel Bertens van oorsprong bokser is, voelt hij zich ook thuis op de grond. “Mijn natuurlijke stijl is staand,” zegt hij, “maar ik werk keihard aan mijn controle op de grond. Eerst positie, dan pas afmaken.”

Hij traint in een team waar de disciplines samenkomen. Rico Verhoeven is daar een vaste waarde. En precies dat levert een opvallend citaat op. “Ik hoop dat Rico MMA gaat doen,” zegt Bertens met een glimlach. “Dan kan ik ook lekker met hem worstelen.”

Lees het artikel op de mobiele website

Net binnen

Bekijk meer artikelen