Op deze dag, precies 23 jaar geleden, lag Mike Tyson op het canvas in de Pyramid Arena in Memphis. Het was het moment waarop Lennox Lewis hem in ronde acht uitschakelde en zijn titels behield. De wereld keek ademloos toe hoe een bokstijdperk veranderde.
Lewis verdedigde zijn WBC-, IBF-, IBO- en Ring Magazine-titels. Tyson probeerde zijn naam te redden na jaren van schandalen en nederlagen. Maar Lewis had geen boodschap aan sentiment.
De opbouw naar het gevecht was al explosief. Tijdens de persconferentie in januari sloeg Tyson een bodyguard van Lewis, beet hij in het been van Lewis zelf en veroorzaakte hij complete chaos. WBC-president José Sulaimán raakte gewond tijdens het geduw.
Tyson liet ook verbaal van zich horen. Hij bedreigde Lewis, maakte grove opmerkingen over diens familie en beloofde geweld. De bokswereld was geschokt, maar tegelijk geboeid.
In de ring gaf Lewis geen ruimte. Vanaf ronde één controleerde hij het gevecht met zijn jab. Tyson kwam nauwelijks in zijn ritme. In ronde vier ging hij al neer. In ronde acht was het over. Een harde rechter van Lewis raakte vol.
Tyson viel achterover. Hij kwam niet meer overeind. De scheidsrechter telde tot tien. De arena barstte los. Lewis had gedaan wat velen dachten dat onmogelijk was: Tyson verslaan, dominant en definitief.
Lewis landde 193 klappen, waarvan 84 power shots. Tyson kwam niet verder dan 49 rake stoten. Lewis liet niets aan toeval over. Hij vocht zuiver, hard en slim.
Na afloop gaf Tyson toe: “Hij is te sterk. Te goed. Te groot.” Lewis reageerde rustig: “Ik wilde bewijzen dat ik de beste ben. Ik denk dat ik dat nu heb gedaan.”
Dit was Tysons laatste gevecht op topniveau. Hij vocht nog wel, maar de magie was weg. Lewis zou nog twee keer vechten en daarna met pensioen gaan als onbetwiste kampioen.
Vandaag is het 23 jaar geleden dat het gebeurde. De dag dat Tyson viel, en Lennox Lewis definitief de koning werd.
Lees het artikel op de mobiele website