Sofian Laidouni heeft straks meer nodig dan alleen een goed gameplan. Hij moet vooral leren hoe hij de beukers van Jamal Ben Saddik ontwijkt. Want als iemand denkt dat de Marokkaanse zwaargewicht zijn kracht aan het verliezen is, heeft die het goed mis.
Tijdens een training deze week liet Ben Saddik zien dat hij fysiek nog altijd op oorlogspad zit. Hij drukte dumbbells ver boven zijn gebruikelijke limiet en zette daarmee zelfs zijn eigen krachttrainer op het verkeerde been.
Zijn trainer reageerde verbaasd. “Tegen mijn advies in, had hem zwaar onderschat,” schreef hij. Geen dramatische woorden. Gewoon eerlijk. Want als zelfs degene die hem dagelijks begeleidt schrikt van zijn niveau, weet je dat het serieus is.
Ben Saddik is nooit subtiel geweest in zijn stijl. Hij komt vooruit. Hij beukt. Hij breekt. Zijn bijnamen zijn niet voor niets gebaseerd op bommen en granaten. En wie dat overdreven vindt, hoeft alleen maar naar de arm van Uku Jurjendal te kijken.
In februari van dit jaar liep Jurjendal een gebroken arm op. Niet na een knock-out. Niet na een klap op zijn gezicht. Maar na een trap tegen zijn onderarm. Een trap die zelfs een boom had kunnen splijten.
De beelden gingen rond. Het geluid was genoeg om iedereen stil te krijgen. Jurjendal viel neer en greep direct naar zijn arm. De schade was echt. Geen toeval. Gewoon brute impact.
En dat is precies wat Laidouni nu te wachten staat. Geen woorden, geen grote voorspellingen. Alleen één boodschap: deze man komt om te slopen. Als je niet uitkijkt, breekt hij meer dan alleen je ritme.
Wie hem straks treft in de ring weet één ding zeker. Er is geen ruimte voor fouten. En als je denkt dat je wel een klap kunt incasseren? Denk dan nog eens aan die arm van Jurjendal. Of vraag het aan zijn trainer, die nu weet: Ben Saddik is nog lang niet op zijn top.
Lees het artikel op de mobiele website