James DeGale stond zaterdagavond voor een heel nieuw avontuur. Voor het eerst sinds zijn verlies tegen Chris Eubank Jr. in 2019 stapte hij de ring weer in. Dit keer niet met handschoenen, maar in bare-knuckle stijl, onder de vlag van Conor McGregor’s BKFC.
Zijn tegenstander was de Australiër Matt Floyd. De fans verwachtten spektakel, maar wat ze kregen was een rommelige partij vol clinches, kopstoten en waarschuwingen. Toch ging DeGale er met de winst vandoor, via een unanieme beslissing van de jury.
DeGale had moeite om zijn ritme te vinden. Het gevecht veranderde al snel in een worstelpartij waarbij beide mannen de regels keer op keer negeerden.
Floyd trapte het af met een kopstoot aan het einde van de eerste ronde, goed voor een dubbele puntenaftrek. Later kreeg hij nog meer strafpunten voor slaan na de break. DeGale zelf was ook niet onschuldig: hij verloor een punt toen hij Floyd raakte nadat de scheids had ingegrepen.
De chaos bleef maar doorgaan. Floyd sloeg op het achterhoofd, DeGale zette een headlock in, en de scheidsrechter had zijn handen vol. Uiteindelijk hielden de jurykaarten het simpel: 48-43, 48-43 en 47-44 in het voordeel van DeGale.
Na afloop was DeGale duidelijk opgelucht, maar ook uitgesproken. Hij noemde bare-knuckle boksen “gek spul” en gaf toe dat het veel harder en vuiler was dan hij dacht.
“Het is anders, het is rauw, maar weet je wat? Ik ben 1-0 en dat telt. JD’s tweede coming,” zei hij met een glimlach. Toch was zijn besluit even duidelijk: dit avontuur was eenmalig. Op sociale media kondigde hij aan dat hij geen toekomst ziet in deze tak van sport.
De Olympisch kampioen boekte dus een winstpartij, maar gooit meteen de handdoek in de ring.
Lees het artikel op de mobiele website